Het vermogen van US om intra-articulaire losse lichamen te diagnosticeren hangt sterk af van een hoge mate van verdenking van de onderzoeker, gerelateerd aan de kennis van radiografische en klinische bevindingen. Tegenwoordig is radiografie nog steeds de modaliteit van keuze wanneer een los lichaam wordt vermoed op klinische gronden. Plain-films zijn panoramisch en niet duur. Indien op de röntgenfoto’s een verkalkt beeld te zien is dat overeenkomt met een los lichaam, kan US worden uitgevoerd om de intra-articulaire lokalisatie aan te tonen en para-articulaire verkalking uit te sluiten. De grootte, positie (uitsparing, slijmbeurs), en macroscopische samenstelling (ossaal, osteochondraal) van losse lichamen kunnen betrouwbaar geëvalueerd worden. Bijkomende bevindingen, met inbegrip van de mobiliteit van losse lichaampjes, de aanwezigheid van gewrichtseffusie, en synoviale proliferatie, kunnen ook met US beoordeeld worden. Gedetailleerde kennis van de normale anatomie van gewrichten en gerelateerde structuren is natuurlijk een essentiële vereiste om losse lichamen te onderzoeken. Indien het fragment niet op de verwachte plaats wordt aangetroffen, moeten andere gewrichtsuitsparingen en slijmbeurzen worden onderzocht, omdat een fragment in de loop van de tijd van plaats kan veranderen. Bovendien moeten sonografen die zich bezighouden met het bewegingsapparaat bekend zijn met de Amerikaanse verschijningsvorm van losse lichamen, omdat een intra-articulair fragment kan worden gevonden tijdens routineonderzoek van een gewricht dat wordt uitgevoerd vóór standaard radiografieën. Er zijn een aantal beperkingen voor de klinische bruikbaarheid van US op dit gebied. Hoewel US in staat is onderscheid te maken tussen enkelvoudige en meervoudige losse lichaampjes, kan het exacte aantal fragmenten niet altijd worden vastgesteld. Bij osteochondrale fracturen kan informatie over de posttraumatische schade aan andere intra-articulaire structuren, zoals ligamenten of menisci, niet met US worden verkregen. Bovendien, omdat US slechts een deel van het articulaire oppervlak kan evalueren, is het bij de meeste patiënten niet in staat om de plaats aan te tonen van waaruit de fragmenten loskomen, en ook niet om hun totale grootte en bruto verschijning te laten zien. Concluderend kan worden gesteld dat losse lichaampjes consequent worden afgebeeld met US. Een hoge graad van verdenking, kennis van de radiografische studies, evenals een zorgvuldige scantechniek, zijn echter essentieel om een betrouwbare diagnose van losse lichamen te verkrijgen. US is in staat om gewone films te ondersteunen om de intra-articulaire locatie van een verkalking rond een gewricht te bevestigen. Tijdens routine gewrichtsonderzoek, kan US losse lichaampjes herkennen als incidentele bevindingen.