Heartland, ook wel Pivot Area genoemd, door land omsloten regio van centraal Eurazië waarvan de controle in het begin van de 20e eeuw door Sir Halford J. Mackinder werd voorgesteld als de sleutel tot wereldheerschappij in een tijdperk van afnemend belang voor de van oudsher onoverwinnelijke zeemacht. Mackinder stelde vast dat de meerderheid van de wereldbevolking op de Euraziatische en Afrikaanse landmassa woonde en dat controle over dit “wereldeiland” zou leiden tot uiteindelijke wereldheerschappij. Dit wereldeiland kon het best worden gecontroleerd vanuit het draaipuntgebied, dat zelfvoorziening op voedselgebied zou garanderen voor het land dat de regio domineerde, en de ontoegankelijkheid van het draaipuntgebied over zee zou een formidabele verdedigingsbarrière vormen. Het draaipuntgebied was alleen via de vlakten van Oost-Europa kwetsbaar voor een aanval over land. Aldus zou de controle over Oost-Europa de overheersing van het draaipuntgebied verzekeren en uiteindelijk de wereldheerschappij. Mackinder’s op land gebaseerde theorie van wereldmacht was in tegenspraak met de conventionele maritieme theorie die in de 19e eeuw door Alfred Thayer Mahan werd bepleit. In 1919 doopte Mackinder het concept om tot ‘heartland’.
Tussen de twee wereldoorlogen werden Mackinder’s ideeën belangrijk voor Duitse studenten geopolitiek. Na de Tweede Wereldoorlog raakte Mackinder nog meer overtuigd van de geldigheid van het heartland-concept en waarschuwde hij voor een mogelijke wereldheerschappij van de Sovjet-Unie als deze in staat zou zijn heel Duitsland en Oost-Europa in handen te krijgen, een gebied dat zij ook grotendeels in handen kreeg.
Sommige critici menen dat de komst van de luchtmacht de geldigheid van Mackinder’s land-gebaseerde theorie van de wereldmacht teniet heeft gedaan. Mackinder, die enkele decennia voor de ontwikkeling van intercontinentale ballistische raketten met kernkoppen schreef, geloofde echter dat luchtmacht het belang van het binnenland niet verminderde.