Andreas Vesalius, de vader van de moderne anatomie en een voorloper van de neurowetenschappen, was een vooraanstaand medisch geleerde en een renaissancefiguur van de 16e-eeuwse Wetenschappelijke Revolutie. Hij daagde de traditionele anatomie uit door empirische methoden van kadaverontleding toe te passen op de studie van het menselijk lichaam. Zijn revolutionaire boek, De Humani Corporis Fabrica, vestigde de anatomie als een wetenschappelijke discipline die de conventionele medische kennis uitdaagde, maar vaak tot controverse leidde. Karel V, de Heilige Roomse Keizer en Koning van Spanje aan wie De Humani was opgedragen, benoemde Vesalius aan zijn hof. Terwijl hij in Spanje verbleef, werkte Vesalius tegen het academisch establishment, de gangbare medische kennis en het kerkelijk gezag. Bijgevolg waren zijn methodes onaanvaardbaar voor de academische en religieuze status quo. Wij geloven daarom dat zijn beroepsleven – en ook zijn tragische dood – werd beïnvloed door de politieke stand van zaken die het Europa van de 16e eeuw beheerste. Uiteindelijk maakte hij een pelgrimstocht naar het Heilige Land die zijn leven in gevaar bracht. Op de terugweg naar huis werd zijn schip op het Griekse eiland Zakynthos (Zante) aan land gedreven, waar hij ziek werd en in 1564 op 49-jarige leeftijd plotseling overleed. De ideeën van Vesalius hielpen de geneeskunde te bevrijden van de beperkingen van de 16e eeuw en bevorderden de wetenschappelijke kennis. Zijn invloed is meer dan 500 jaar later nog steeds merkbaar. In dit artikel erkennen we de neuro-anatomische bijdragen van Vesalius en bespreken we de historische feiten en politieke omstandigheden die zijn wetenschappelijke carrière en persoonlijke leven beïnvloedden, waarbij we de nadruk leggen op de omstandigheden van zijn pelgrimstocht naar het Heilige Land die tot zijn vroegtijdige dood leidden.