Impasto schildertechniek

Definitie en betekenis

In de beeldende kunst duidt het Italiaanse woord ‘Impasto’ (deeg of pasta) op een schildertechniek waarbij onverdunde verf zo dik (als tandpasta) op het doek of paneel wordt aangebracht (vaak met een paletmes) dat het van het oppervlak afsteekt. Bij deze impastotechniek mengt de kunstenaar de verf vaak op het doek zelf om de gewenste kleur te krijgen.

Olieverf is het meest geschikt voor de impastomethode, vanwege de viscositeit van olieverf, de dikte ervan en de langzame droogtijd, hoewel ook acrylverf of zelfs plakkaatverf in de impastostijl kunnen worden aangebracht. Tempera is te dun om te worden geïmasteerd zonder toevoeging van vul- of verdikkingsmiddelen (bijv. Aquapasto).

Voordelen

De impasto schildermethode biedt de kunstenaar verschillende voordelen.

Ten eerste zorgt het verhoogde oppervlak ervoor dat licht wordt gereflecteerd op nieuwe manieren die de kunstenaar kan beheersen. Het werd vaak gebruikt om de gebroken-textuur kwaliteit van hoogtepunten na te bootsen – dat wil zeggen, de oppervlakken van objecten die worden getroffen door een intens licht. Ten tweede gebruikten expressionisten (met name Van Gogh) impasto om gevoelens en emoties over te brengen. Ten derde kan impasto een driedimensionale indruk overbrengen. Barok schilders als Rembrandt, Hals en Velazquez gebruikten minutieus en zorgvuldig bewerkte impasto’s om een gerimpelde of gerimpelde huid, plooien in gewaden of de glinstering van juwelen weer te geven. Tenslotte kan de ruwe textuur de aandacht vestigen op bepaalde punten of aspecten van een compositie.

Bekende schilders die impasto gebruikten

Moderne exponenten uit de tijdperken van het Impressionisme (ca. 1870-80), Expressionisme (ca. 1905-30), Abstract Expressionisme (ca. 1948-60), Neo-Expressionisme en andere stijlen van de hedendaagse kunst hebben vaak hun toevlucht genomen tot impasto verf om specifieke effecten te bereiken. De Nederlands-Amerikaanse abstract expressionist Willem de Kooning, de Russisch-Franse colorist Nicolas de Stael en de in Duitsland geboren schilder Frank Auerbach zijn drie van zulke exponenten. Met name de impasto’s op de schilderijen van Auerbach kunnen zo dik zijn als een broodkorst. Sindsdien zijn impasto of een soortgelijke methode om dikke lagen pigmentpasta op een doek aan te brengen een basistechniek van abstracte en semi-figuratieve kunst geworden.

Andere beroemde kunstenaars die bekend staan om hun schilderijen met impasto zijn: de ‘Action Painter’ Jackson Pollock, de Franse impressionist Pierre-Auguste Renoir, en de expressionist Vincent Van Gogh. De techniek wordt ook gebruikt door beroemde Ierse kunstenaars zoals: de neo-impressionist Arthur Maderson, de Ierse landschapskunstenaar Donald Teskey, en de impressionist Roderic O’Conor.

Tips over hoe de Impasto-methode te gebruiken bij het schilderen

Impasto kan worden aangebracht met een penseel of paletmes. De verf zelf kan rechtstreeks uit de tube worden gebruikt, of worden verdund om hem kneedbaar te maken en toch dik genoeg om rechtop te blijven staan.

Als dikke lagen pigment langzaam drogen, kan de verflaag gaan rimpelen of barsten. Om dit te voorkomen gebruikt u een sneldrogend alkydmedium of een medium dat speciaal is ontwikkeld voor impastowerk. Deze mediums verdikken de verf zonder de kleur te veranderen, versnellen het droogproces en maken de verf vloeibaarder. Te vette verf maakt het meestal moeilijk om impasto penseelstreken met een sterke textuur te zetten. Knijp in zo’n geval de verf uit op absorberend papier en laat het een paar minuten staan. Het papier absorbeert de overtollige olie, waardoor de verf stroever wordt.

Platte of synthetische penselen zijn ideaal voor impasto-werk, omdat ze veel verf vasthouden. Laad je penseel met veel verf en dep het op het doek, waarbij je het penseel in alle richtingen werkt, waardoor een sculpturale textuur ontstaat.

Voor extra textuur meng je zand en zaagsel met olieverf om een sterk geïmpasteerd oppervlak te creëren. U kunt ook expressieve tekens maken door in de natte verf te krassen met een paletmes, het uiteinde van een penseel of een ander scherp voorwerp.

Als uw olieverfschilderij verstopt raakt met te veel verf, kan het overschot worden verwijderd terwijl het nog nat is, door middel van een techniek die bekend staat als ‘tonking’. Leg een vel krantenpapier, toiletpapier of ander absorberend papier op het teveel aan verf en strijk het voorzichtig glad met de rug van uw hand. Trek vervolgens het papier eraf, waarbij u de overtollige verf meeneemt.

Als uw geïmpregneerde laag helemaal droog is, kunt u eroverheen glazuren met een dun laagje verf vermengd met een glaceermedium. Om barsten te voorkomen, moet het glaceermedium echter meer olie bevatten dan de lagen eronder.

Voor meer schildertechnieken, zie: Foreshortening en Grisaille.

Zie ook ons essay over beeldende kunst: Hoe schilderijen te waarderen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *