De verslaggever zou bijvoorbeeld lokale historici Steve en Denise Hight kunnen vragen. Zij kunnen vertellen over alles wat ze in oude clips hebben gelezen. Zelfs Life magazine kwam langs en plaatste een grote foto van de onthoofde vogel met het onderschrift: “Zonder de kop, staat Mike met gemak rechtop. Hij is 5 ½ maand oud en weegt ongeveer 3 ½ pond. Zijn late hoofd (rechts op de voorgrond) is behoorlijk dood.”
Mike’s onthoofde leven ging naar verluidt nog 18 maanden door. Naar verluidt hebben laboratoriumtests uitgewezen dat Mike’s hersenstam intact is gebleven na wat de fatale klap van de plaatselijke boer Lloyd Olsen had moeten zijn.
Maar de beste persoon om over de kip te vragen is Waters. Hij is tenslotte de achterkleinzoon van Olsen, die zijn laatste jaren in de kamer naast de jonge Troy doorbracht. Waters hoorde het verhaal uit de eerste hand. In zijn wapenkluis bewaart hij plakboeken en aandenkens van oma Clara. Hij heeft ook nog steeds opa Lloyds babyblauwe Chevy pick-up uit 1946.
De truck kwam na Mike the Headless Chicken, kwam vanwege Mike the Headless Chicken, mogelijk gemaakt door de landelijke sideshow waarbij mensen betaalden om Mike the Headless Chicken te zien. “Miracle Mike”, noemde de promotor uit Utah hem.
Voor die tijd verplaatste opa Lloyd zich in een door een paard getrokken wagen.
“Trouwens,” zegt Waters, “toen hij Mike the Headless Chicken voor het eerst naar Fruita bracht, reed die achterop een wagen de stad in.”
Het begon allemaal op 10 september 1945. Een typische dag voor opa Lloyd en oma Clara.
Hij sneed kippenkoppen af en gooide de karkassen naar haar om schoon te maken, daarna hielp hij met schoonmaken, om ze klaar te maken voor de vleesmarkt in de stad. Waters zegt dat het er misschien wel 50 of 60 waren.
“Hij ging naar de stapel om schoon te maken en had er nog één in leven. Ik weet echt niet wat hem bezielde om ze niet te doden. Elke keer als ik het hem vroeg, kreeg je een ander verhaal. “Nou, ik was moe. Of, ‘Ik wilde het gewoon zien.’
“Hoe dan ook, hij gooide het in een appelkist en zette het daar op de veranda achter waar de katten of niets het kon pakken. De volgende ochtend leefde het verdomde ding nog steeds.”
Dus Lloyd reed het ding de stad in, won wat weddenschappen. Het nieuws verspreidde zich snel door de vallei en verder, en bereikte Hope Wade, de promotor in Salt Lake City.
Er werd een liedje gezongen over Wonder Mike:
“Een hoen die zo haat om te sterven,
Er moet een goede reden zijn waarom,
En omdat hij zo graag wil leven
Elke levende kans die we hem geven.”
Dat romantiseerde de gruwelijke realiteit van Mike’s verlenging. Op foto’s is te zien hoe een druppelaar voedingsstoffen in zijn slokdarm druppelt, en hoe een injectiespuit slijm opruimt om te voorkomen dat hij stikt.
“Je zou de haatmail moeten zien die mijn oma bewaarde,” zegt Waters.
Deze foto van Mike the Headless Chicken, links, stond in Life Magazine. De legende van de vogel in Fruita groeide nadat een lokale boer in september 1945 de kop eraf had gehakt. Foto met dank aan Steve en Denise Hight
Hij heeft die verzameling ook in de wapenkluis liggen. Vele zijn geadresseerd aan “de eigenaar van de kip zonder kop, 200 mijl ten westen van Denver,” net zoals Life magazine het kleine Fruita beschreef.
Mike is uiteindelijk gestikt. De dood was lang een mysterie, maar opa Lloyd bekende het uiteindelijk in een interview laat in zijn leven: De vogel is tijdens zijn dienst omgekomen, midden in de nacht in een motel in Phoenix. Hij had de spuit bij de show laten liggen.
“Ik denk niet dat opa ooit heeft willen toegeven dat hij de spreekwoordelijke kip die het gouden ei legde door een stomme fout heeft laten sterven,” zegt Waters.
Met de Chevy uit ’46 loste Lloyd de schuld van de boerderij af en kreeg hij eindelijk een tractor. Niet één, maar twee. De mensen in de stad dachten dat hij rijk was geworden.
“Dat was niet zo,” zegt Waters. “Hij vertelde me altijd dat de regering de helft van wat hij verdiende aan belastingen inpikte, en dan zei hij dat het duur was om in hotels te wonen en te reizen.”
Grandpa Lloyd ging terug naar het harde boerenleven, een leven dat Waters goed kent. Het leven op de boerderij, “scharrelen in de modder” – die verhalen van opa blijven Waters’ favoriet, niet die over de kip. Maar dat is wel het verhaal waar een festival omheen is gebouwd.
Waarschijnlijk gaat Waters niet.
“Maar mijn vrouw gaat elk jaar. We zijn begonnen met het kopen van de T-shirts, dus ik heb een verzameling van alle T-shirts. Ik weet niet waarom … Het is familiegeschiedenis, weet je.”