Opera buffa is een Italiaanse term die “komische opera” betekent. Het wordt vooral gebruikt voor 18e eeuwse Italiaanse komische opera’s. Opera buffa staat in contrast met opera seria (“ernstige opera”), waarin het verhaal een tragedie was. Opera seria werd verondersteld “ernstig” te zijn, terwijl opera buffa een onderhoudende muzikale komedie was. Net als in de opera seria werd alles gezongen, er was geen gesproken dialoog. Dit was anders dan de komische opera in andere landen. Het verhaal in de opera buffa wordt verteld in recitatief en dan waren er aria’s voor de personages om hun gevoelens te tonen en hun stem te laten horen.
Hoewel wij tegenwoordig de term “opera buffa” gebruiken, noemde men dergelijke opera’s in de 18e eeuw nog onder andere namen, b.v. “commedia in musica”, “dramma giocosa”, “operetta”, “burlesca” enz. Een opera buffa was gewoonlijk een volledig werk: één dat een hele avond amusement zou vullen. Het verschil met een “intermezzo” of “farsa”, een korte muzikale komedie die werd opgevoerd tijdens de pauzes van een muzikale tragedie, hoewel het verschil tussen beide niet altijd duidelijk is. Het intermezzo werd in de loop van de 18e eeuw steeds langer en ontwikkelde zich geleidelijk tot opera buffa. Pergolesi’s La Serva Padrone was een intermezzo dat zeer beroemd werd na Pergolesi’s dood. Het beïnvloedde de opera buffa.
Opera buffa bevatte altijd veel karikatuur. De personages toonden menselijke zwakheden zoals domheid, ijdelheid, hebzucht en aanstellerij (mensen die deden alsof ze wijs en belangrijk waren). Ze staken vaak de draak met de heersende klasse.
In opera buffa was het acteren altijd erg belangrijk. Het was een zeer levendige voorstelling, waarin veel en snel gebeurde. Aan het eind van elke akte zongen alle hoofdpersonen samen: dit wordt een “ensemble” genoemd (het Franse woord voor “samen”).
Opera buffa begon in Napels en verspreidde zich geleidelijk naar andere delen van Italië. Het was vooral populair in de carnavalstijd. Belangrijke componisten van de opera buffa zijn Carlo Goldoni en Baldassare Galuppi.
Tegen het einde van de 18e eeuw was het verschil tussen een opera buffa en een opera seria niet altijd meer te zien. Mozarts opera Don Giovanni bijvoorbeeld heeft veel komedie, maar er is ook een serieuze kant.