Preventieve maatregelen zijn onder meer het op de juiste wijze voeden van de vogels, het vermijden van overbevolking en adequate ventilatiesystemen, waaronder het gebruik van HEPA-filters (high-efficiency particulate air) om de verspreiding van besmette lucht tegen te gaan. Het is belangrijk de kooien dagelijks schoon te maken. Stapel kooien niet op elkaar. Plaats de kooien zo dat er geen uitwerpselen, voedsel, veren en ander materiaal van kooi naar kooi kan worden overgebracht. Schone kooien zijn ook belangrijk.
Om de infectie bij gezelschapsvogels en huispluimvee onder controle te houden, is het nodig om het antibioticum (b.v. chloortetracycline) aan hun voer toe te voegen. De eigenaar of de verantwoordelijke persoon moet echter contact opnemen met een dierenarts voor een behandeling en de daaropvolgende tests die nodig kunnen zijn. In de meeste rechtsgebieden moeten alle gediagnosticeerde gevallen aan de plaatselijke volksgezondheidsautoriteiten worden gemeld. Vroegtijdige diagnose en melding kan helpen om besmettingshaarden te identificeren en verdere verspreiding van psittacose tegen te gaan.
Leer werknemers die risico lopen over hoe de ziekte kan overgaan van besmette vogels op mensen. Vraag diegenen die denken ziek te zijn om naar een arts te gaan en informeer de zorgverlener over hun vogelcontact. Werknemers moeten het risico kennen van het routinematig mengen van antibiotica in diervoeder. In dergelijke situaties bestaat de zorg dat zich antibioticaresistente bacteriën kunnen ontwikkelen bij werknemers die in contact komen met de dieren of hun voer. Door deze resistentie worden de traditionele ziekten moeilijker te behandelen en te bestrijden.
Werknemers moeten besmette vogels in afzondering houden en ervoor zorgen dat deze ruimten goed worden geventileerd. Alle personen die betrokken zijn bij de verzorging van besmette vogels moeten beschermende kleding dragen, waaronder handschoenen, oogkleding, een chirurgische kap voor eenmalig gebruik en een goed passend ademhalingstoestel met een N95-rating of hoger. Chirurgische maskers zijn mogelijk niet effectief in het voorkomen van overdracht van Chlamydia psittaci. Vermijd droog vegen, borstelen of stofzuigen bij het schoonmaken van kooien. Afvalmateriaal moet regelmatig uit de kooi worden verwijderd nadat het met een ontsmettingsmiddel is bevochtigd. Verbrand afval of doe het in dubbele zakken voor verwijdering. Chlamydia psittaci is gevoelig voor ontsmettingsmiddelen als quaternaire ammoniumverbindingen, isopropylalcohol, 70% ethanol, glutaaraldehyde, formaldehyde en huishoudbleekmiddel (verdund tot 1% natriumhypochloriet). Gooi voorwerpen weg die niet naar behoren kunnen worden gereinigd. Veel ontsmettingsmiddelen irriteren de ademhalingswegen en moeten met de nodige voorzorgsmaatregelen in een goed geventileerde ruimte worden gebruikt. Vermijd het mengen van ontsmettingsmiddelen met andere producten.