Wat hield de nieuwe studie in?
Het onderzoek, uitgevoerd door Carol Coupland, hoogleraar medische statistiek in de eerstelijnszorg aan de Universiteit van Nottingham in Engeland, en collega’s, evalueerde anticholinerge medicijnen die werden voorgeschreven aan bijna 285.000 mensen van 55 jaar en ouder. Ongeveer 59.000 van hen hadden een diagnose van dementie. De informatie kwam uit een database van medische dossiers van patiënten in meer dan 1.500 huisartsenpraktijken in Groot-Brittannië, aldus de auteurs.
Onderzoekers keken naar de medische dossiers van patiënten bij wie de diagnose dementie was gesteld en onderzochten de geneesmiddelen die zij hadden voorgeschreven gekregen van 11 jaar tot een jaar voor hun diagnose. Zij vergeleken hun medicatie gedurende die periode met die van mensen bij wie de diagnose dementie niet was gesteld. Ze registreerden welke van de 56 anticholinerge medicijnen mensen voorgeschreven kregen, in welke dosis en hoe lang. Ze hielden rekening met factoren zoals body mass index, roken, alcoholgebruik, andere medische aandoeningen en het gebruik van andere medicijnen.
De studie vond een 50 procent verhoogd risico op dementie bij mensen die dagelijks een sterk anticholinerge drug gebruikten gedurende ongeveer drie jaar binnen die periode van 10 jaar. De associatie was sterker voor antidepressiva, blaasmedicijnen, antipsychotica en epilepsiemedicijnen, aldus de studie. Onderzoekers vonden geen verhoogd risico op dementie bij antihistaminica, bronchusverwijders, spierverslappers of medicijnen tegen maagkrampen of hartritmestoornissen.
Het verband tussen anticholinerge middelen was sterker bij mensen bij wie dementie werd vastgesteld voor ze 80 werden en bij mensen met vasculaire dementie in vergelijking met mensen met de ziekte van Alzheimer, meldden de auteurs.
Wat zijn de beperkingen van het onderzoek?
Een belangrijk voorbehoud bij dit soort onderzoek is dat het observationeel is – wat betekent dat er geen manier is om te weten of het medicijngebruik een directe rol heeft gespeeld bij het veroorzaken van dementie. Het enige wat het laat zien is dat het risico op het ontwikkelen van dementie hoger lijkt te zijn voor mensen die sommige van deze medicijnen gebruiken.
Het is ook mogelijk, merken de auteurs op, dat sommige aandoeningen, zoals depressie, vroege voorbodes kunnen zijn van cognitieve achteruitgang. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat sommige mensen die antidepressiva slikken, eigenlijk worden behandeld voor wat een vroeg symptoom van dementie zal blijken te zijn, zodat het hun depressie is die gepaard gaat met een verhoogd risico op dementie – niet het medicijn dat ze slikken om het te behandelen.
Wat is de bottom line?
Het is mogelijk, maar niet bewezen, dat sommige anticholinerge medicijnen het risico op dementie verhogen. Als u een langdurige behandeling nodig heeft voor een van de relevante medische aandoeningen, praat dan met uw arts over andere medicatieopties die niet tot de anticholinerge klasse behoren, zoals antidepressiva als Celexa en Prozac. In veel gevallen kunnen er keuzes zijn.