Dit is een verhaal over liefde die gruwelijk misgaat. Het begint als de songtekst van het Cramps liedje: “Baby you got the clothes. / You got romance. / You got the moves…. / I wanna get in your pants.” Dan gaat het meteen over naar de Dixie Chicks die zingen: “Ain’t it dark / Wrapped up in that tarp, Earl?”
We hebben het over mannen die vermoord worden, of vermoord en opgegeten, of, verdomme, levend opgegeten, door hun kannibalistische vriendinnen. Dit is het moeilijke gedeelte:
Een nieuwe studie in het tijdschrift Animal Behaviour begint met een deprimerend smorgasbord van heldhaftige mannelijke zelfopoffering in de dierenwereld: “In honingbijen hebben mannetjes genitaliën ontwikkeld die in het vrouwtje exploderen, waardoor het mannetje na een enkele paring sterft. Bij sommige weekdieren, schaaldieren en vissen sterven de mannetjes niet wanneer ze paren, maar blijven ze permanent aan het vrouwtje vastzitten, waardoor ze geen nieuwe paringen kunnen aangaan…. Bij de koninginneloze mier Dinoponera quadriceps scheurt het vrouwtje het uiteinde van het achterlijf van het copulerende mannetje af, waardoor het mannetje sterft en zijn genitaliën aan het hare verbonden blijven.”
En vervolgens – tromgeroffel, graag – de Australische roodrugspin, Latrodectus hasselti, verandert zelfopoffering in een circusact: “Mannetjes offeren zich actief op tijdens de paring door met hun lichaam op de giftanden van hun paringspartner te vallen in een poging om seksueel kannibalisme te veroorzaken.” Het publiek gaat uit zijn dak, maar er is geen toegift.
De theorie over mannelijke zelfopoffering is dat de mannetjes er op de lange termijn baat bij hebben door het aantal van hun eigen nakomelingen te verhogen door de kans te verkleinen dat het vrouwtje opnieuw zal paren. Ze kunnen ook, wat de onderzoekers noemen, “somatische voedingsstoffen” doneren, d.w.z. hun eigen lichaam dat ze afstaan bij seksueel kannibalisme, en “deze voedingsstoffen kunnen vervolgens worden overgedragen aan hun eigen nakomelingen, waardoor de kwantiteit of kwaliteit van het nageslacht toeneemt.”
De nieuwe studie test deze theorieën bij donkere visspinnen, Dolomedes tenebrosus, uit Nebraska. Deze spinnen zijn exotisch om mee te beginnen, alleen al vanwege het gedrag waaraan ze hun naam ontlenen. Ze houden zich op de loer langs de oevers van het water, en duiken dan naar de oppervlakte om waterinsecten en zelfs kleine vissen te eten. Maar laten we het over seks hebben. In de paartijd zijn er drie keer meer mannetjes dan vrouwtjes, wat betekent dat ze zeer vervangbaar zijn, zelfs ronduit vervelend. Een typisch vrouwtje weegt ook 14 keer meer dan een mannetje.
Tijdens de geslachtsgemeenschap steekt het mannetje een pedipalp, een van de pootachtige aanhangsels aan zijn vooreinde, in het vrouwtje. Hij blaast dit paringsorgaan op, maar krult zich dan onmiddellijk op en reageert niet meer. Zijn lichaam “hangt zo aan de genitale opening van het vrouwtje”, levenloos, gedurende vijf of tien minuten, hoewel zijn hart kan blijven kloppen en er sperma kan blijven worden overgebracht. Wat moet een meisje doen?
Ze eet hem op.
In de studie van onderzoekers van de University of Nebraska-Lincoln en de Macquarie University in Australië wordt geconcludeerd dat seks voor deze mannetjes een “verplichte dood” betekent – dat wil zeggen dat ze tijdens de daad zouden sterven, zelfs als het vrouwtje niets zou doen. Het karkas van het mannetje wordt dan geen genitale plug om de kans te verkleinen dat het vrouwtje opnieuw kan paren, zoals bij honingbijen en sommige andere soorten gebeurt. De onderzoekers vonden ook geen bewijs dat het kannibaliseren van het mannetje het vrouwtje aanzette tot het vermijden van verdere paringen.
Integendeel. In één experiment “voedden alle vrouwtjes zich met het eerste mannetje toen het tweede mannetje werd geïntroduceerd.” De helft van de tijd had ze ook seks met hem, gevolgd door een lichte maaltijd. Toen een derde mannetje zich liet zien, “kannibaliseerde 68 procent van de vrouwtjes het derde mannetje voorafgaand aan de copulatie.” De onderzoekers beschrijven dit “precopulatoir seksueel kannibalisme” als een “mechanisme van partnerkeuze”, een manier om zich te ontdoen van vervelende “niet-bevoorrechte mannetjes”, zoals een mooi meisje dat het verkeerde telefoonnummer uitdeelt aan de bar. Alleen een beetje erger.
OK, dit alles klinkt misschien als een hele slechte deal voor het mannetje. Maar de onderzoekers hebben de volgende stap nog niet genomen. DNA-tests op de nakomelingen kunnen aantonen dat er echt iets in deze regeling zit voor het ongelukkige donkere visspin mannetje, ten minste een generatie verder. Blijf op de hoogte. Ken je ondertussen al die liedjes die menselijke mannetjes altijd zingen over “mij en mijn gebroken hart” en andere complicaties van ons verwarde liefdesleven?
Misschien moeten we gewoon onze mond houden, het meisje te eten geven en dankbaar zijn voor wat, in de grote evolutionaire seksuele sweepstakes, toch een behoorlijk zoete deal is.