Op een vergelijkbare manier als land- en zeewind, hebben bergen (heuvelachtig) en omliggende valleien ook een bries, genaamd Mountain and Valley Breezes.
In de loop van de dag warmt de lucht boven de berghelling meer op dan de lucht aan de voet van de berg. De warme lucht boven de hellingen vermindert in dichtheid. Boven op de berg ontstaat lage druk, en hoge druk van de koelere lucht eronder dwingt een koele bries naar boven. Deze toestand genereert een bries die we valleibries noemen, en die vaak voorkomt tijdens warmere maanden wanneer er veel opwarming door de zon is.
Staonds is het een stuk koeler als de zon gaat slapen. Dus koelt de lucht aan de bovenste helling van de berg heel snel af en wordt dicht. Er ontstaat hoge druk. Op dat moment is de lucht op de dalbodem een stuk warmer (lage druk) en wordt gedwongen plaats te maken voor koudere lucht die langs de helling naar de dalbodem beweegt. Dat heet bergbries, en die komt veel voor in de koudere maanden als er minder opwarming door de zon is.