Fysieke beschrijving
Witte neushoorns zijn het op één na grootste landzoogdier na de olifant. Volwassen mannetjes kunnen 1,85 m hoog worden en wegen een enorme 3,6 ton. Vrouwtjes zijn aanzienlijk kleiner, maar kunnen nog steeds een indrukwekkende 1,7 ton wegen.
Witte neushoorns zijn ook bekend als de vierkante lippen neushoorns vanwege hun vierkante (niet puntige) bovenlip. Hun naam komt van het Afrikaans “weit”, wat breed betekent en verwijst naar de snuit van het dier.
Vergeleken met zwarte neushoorns hebben witte neushoorns een langere schedel, een minder scherp afgetekend voorhoofd en een meer geprononceerde schouderbult. Ze hebben bijna geen haar en twee hoorns. De voorste hoorn is gemiddeld 60 cm lang, maar kan soms wel 150 cm worden.
Levenscyclus
Witte neushoorns hebben complexe sociale structuren. Er kunnen groepen van soms 14 neushoorns ontstaan, met name vrouwtjes met kalveren. Volwassen mannetjes verdedigen territoria van ongeveer 1-3 km2, die ze markeren met krachtig geschraapte mesthopen. De leefgebieden van volwassen vrouwtjes kunnen meer dan zeven keer zo groot zijn, afhankelijk van de kwaliteit van de habitat en de populatiedichtheid.
Dragende vrouwtjes mogen het territorium van een dominant mannetje, dat door zijn eigenaar regelmatig wordt gemarkeerd en gepatrouilleerd, niet verlaten. Mannetjes die om een vrouwtje strijden, kunnen ernstige conflicten uitlokken, waarbij ze hun hoorns en enorme omvang gebruiken om wonden toe te brengen.
Vrouwtjes zijn geslachtsrijp als ze 4-5 jaar oud zijn, maar planten zich pas voort als ze 6-7 jaar oud zijn. Mannetjes paren meestal pas als ze 10-12 jaar oud zijn. Ze kunnen tot 40 jaar oud worden.
Paren gebeurt het hele jaar door, hoewel er pieken zijn waargenomen van oktober tot december in Zuid-Afrika en van februari tot juni in Oost-Afrika. De draagtijd is ongeveer 16 maanden met een periode van 2-3 jaar tussen de kalveren.
Witte neushoorns zijn de enige grazers onder de vijf neushoornsoorten en voeden zich bijna uitsluitend met korte grassen. Ze leven voornamelijk in savanne- en boslanden met grasland afgewisseld met open plekken.
De neushoorns hebben de neiging om overdag de hitte te vermijden, wanneer ze rusten in de schaduw. Ze zijn meestal actief in de vroege ochtend, late middag en avond. Tijdens zeer warme periodes zoeken ze verkoeling en ontdoen ze zich van uitwendige parasieten door in ondiepe poelen in modder te baden.